Dit is een beknopte handleiding hoe het filiaal week rapport is opgebouwd. 


Transacties (1)

Dit zijn de directe transacties, (excl. betalingen van de bestellingen) niet de bestellingen zelf.


Pin transacties (1)

Hier word het totaal aantal pin transacties getoond, zowel gekoppeld als niet gekoppeld. 


bestellingen (1)

Het aantal afgehandelde bestellingen. 


Gemiddelde besteding(1)

onder dit kopje word het gemiddelde per klant berekend. 


De kolom Totaal (1)

In de meest rechter kolom vind u de totaal optelling van links naar rechts toe 

(niet van boven naar onder).



Kas telling (2)


Zo als de naam al doet vermoeden gaat dit stukje over het tellen van de kas. 
Het totaal digitaal is het daadwerkelijke pin, meastro, cc, chip bedrag. Als klanten meer pinnen 

dan het transactie bedrag dan zal deze ook worden getoond onder extra uit, let op dit bedrag 

is al meegenomen in het totaal digitaal.

 


Uitsplitsing geldstroom (3)


Onder de niet gekoppelde pin worden uiteraard de bedragen gerekend welke als pin zijn afgehandeld 
maar waar er geen pin apparaat aan de kassa is gekoppeld. Wanneer er wel een pin aan de kassa is 
gekoppeld word het bedrag onder maestro / cc getoond. 


Ideal is tevens een betaalmethode die voor extra vestiging word gebruikt en hier word dan ook de 

omzet onder gezet (mits het op het betreffende filiaal word geboekt). 


Onder overig worden alle betaalmethode gezet welke (nog) niet herkend worden. 


Let op in tegenstelling tot de kolom kas telling is het vermelde pin bedrag excl, de extra kas uit. 


BTW (4)


Onder het kopje btw word de omzet overzichtelijk uitgesplitst per 21%, 6% en nul btw. 


Retouren (5)


Indien u werkt met retouren die de winkels zelf invullen kunt u onder dit kopje de waarde van de 

retouren terug vinden en met welke reden het retour is gegaan. indien u de retouren zelf wilt zien

kunt u deze handleiding raadplegen. 





Ter ondersteuning van deze uitleg zie onderstaande


Om een beter beeld te geven hoe het rapport in de praktijk werkt onderstaand een 
voorbeeld met daar in een foutieve kas telling waardoor er een verschil in de plus ontstaat. 


Transacties


Contant:

€ 10,80 

€ 7,90   

€ 8,65   

€ 25,60 

€ 14,45 


Pin:

€ 8,75                      

€ 1,28                      

€ 59,41                    

€ 7,00 + 50,00 extra  

 

Geldstroom


Totaal Contant          € 67,40 

Totaal Pin                 € 76,44  


Pin + extra kas uit     € 126,44 


Start bedrag

€ 5,00 


Opzettelijk foutief geteld. 

Contant geteld                            € 65,00 

Pin geteld                                  € 126,44 

Totaal:                                      € 191,44 

Verschil: € 47,60 min startgeld = € 42,60 


Wat had het moeten zijn 

Contant geteld                           € 17,40

Pin geteld                                 € 126,44 

Totaal:                                     € 148,84

Verschil:                                  €   00,00


Om dat de geldstroom en startgeld op dit rapport los van elkaar worden getoond dient u deze 2 bij elkaar op 

te tellen om op het kasverschil uit te kunnen komen. 


€ 143,84 + € 5,00 = € 148,84 dit is het bedrag wat er aan contant en pin moet zijn in dit voorbeeld. 

U ziet echter in dit rapport dat het bedrag geteld niet correct is en zodoende uit komt op een kasverschil. 

Hoe u kasverschillen kunt onderzoeken leest u hier.